Netcongestie, het Bierglas van het Elektriciteitsnet
door André Sliedregt consultant bij Het ConsultancyHuis
Men neme een deels gevuld bierglas . Dat glas is halfvol, maar het glas is dus óók halfleeg.
Zo is het ook met ons elektriciteitsnet. Het net is wel vol, maar het is in de praktijk vaak ook (half) leeg.
Terwijl heel grootzakelijk Nederland steen en been klaagt over netcongestie, merken particulieren nog nauwelijks iets van dit fenomeen. Hooguit dat omvormers uitvallen in de middag op zomerse dagen, maar die stroom is na het afschaffen van de salderingsregeling toch al niets meer waard op dat moment. Particulieren vormen echter wel een groot deel van de oplossing voor netcongestie.
Files staan er niet de hele dag
Het net is als een snelweg. Er zijn drukke tijdstippen waarop je bumper aan bumper staat, maar ook momenten dat je probleemloos de maximumsnelheid kunt overschrijden. Toch zijn de tijdstippen van het spitsuur redelijk goed voorspelbaar, doordat we als gewoontedieren nooit onze werktijden hebben aangepast, en er nog geen vorm van rekeningrijden bestaat die ons stimuleert om de spits te mijden. De NS probeert het wel met een spitstoeslag voor bepaalde intercity’s, of 40% korting met een dalurenkaart, maar ook daar blijven de grootste reizigersaantallen te vinden in de spits.
Ook het stroomgebruik kent drukke momenten en daarmee automatisch ook rustigere momenten. Maar waar bij een snelweg de gemiddelde snelheid telt, is op het stroomnet met name de drukte op de opritten en afritten van belang om te bezien of het allemaal wel past. Daar komt de particulier als redder van het stroomnet om de hoek kijken.
Huishoudens kunnen Netcongestie tegen gaan zonder daar zelf bewust van te zijn
Particulieren maken maar relatief weinig gebruik van de stroomsnelweg, maar staan soms wel massaal op de oprit, wetend dat ze altijd die snelweg op kúnnen. Behalve voor particulieren met een dynamisch energiecontract is er geen enkel motief om over het verbruikstijdstip na te denken. Wat moet er gebeuren om een groter deel van Nederland te motiveren om bijvoorbeeld ’s middags de afwasmachine aan te zetten, of alleen ’s nachts hun auto op te laden? Moet het overbelaste net eerst eens uitvallen? De netbeheerder probeert nou juist met alle mogelijke moeite dat niet te laten gebeuren, maar het zou wél bijdragen aan de intrinsieke motivatie om consumentengedrag breder te veranderen.
Gedragsverandering leunt op 4 pijlers
Intrinsieke motivatie is immers een van de vier manieren om gedrag te beïnvloeden , naast voorbeeldgedrag, kennis/ vaardigheden en formele mechanismen.
Misschien willen we het zover niet laten komen. Dat betekent dat focus zal moeten komen op alternatieve manieren om gedrag te beïnvloeden.
Voorbeeldgedrag voor een lager energieverbruik is voornamelijk gericht op duurzaamheid
Voorbeeldgedrag van uitgesteld verbruik is er genoeg, maar veel meer gericht op het CO2-bewustzijn, dan op netbewustheid. Toch is netbewust verbruik óók heel duurzaam, omdat we het dure ondergrondse netwerk dan beter benutten en minder extra bekabeling nodig is. De aaibaarheidsfactor van de natuur is echter groter dan die van een grote organisatie die namens de maatschappij het net beheert, en dat maakt voorbeeldgedrag hier minder effectief.
Formele mechanismen worden vaak als te belerend ervaren
Formele mechanismen zijn bijvoorbeeld dynamische nettarieven met uurprijzen, of de mogelijkheid voor de netbeheerder om een individuele thuislaadpaal af te schakelen. Als Nederlanders zijn we wars van ingrijpen achter de voordeur, dus hier is het lastig een meerderheid in de Tweede Kamer voor te vinden.
Deel kennis
Dan blijven over: kennis en vaardigheden. De eKlok.nl van Stedin biedt bijvoorbeeld snel kennis van de momenten wanneer je wel, en wanneer je beter geen stroom kunt verbruiken. Je moet ‘m dan wel steeds opzoeken en dat beperkt het effect.
Een makkelijk te onthouden vuistregel kan helpen om het doemscenario van stroomuitval te voorkomen: houd je elektrisch verbruik beperkt tussen vanaf de vroege avond, en verschuif waar mogelijk naar het weekend. Dat betekent in de praktijk een keer een salade in plaats van een ovengerecht, een keer overdag warm eten als je toch thuiswerkt, de timer op de wasmachine hanteren, het licht uit in de ruimten waar je niet bent, overdag een taart bakken, zondag je auto opladen, die halogeenlamp nou eindelijk eens vervangen voor LED etc. Voldoende voer voor een reclamecampagne, lijkt me.
Enige vraag die dan nog rest is welke reclamegoeroe deze boodschap weet om te zetten in een succesvolle slogan van het kaliber ‘Heerlijk. Helder. Heineken.’ Een lekker koud biertje kan immers alleen maar als we het niet zover laten komen dat de koelkast écht uitvalt. .
Proost!
Wil je meer weten over netcongestie en ideeën voor gedragsverandering? Neem gerust contact op met André Sliedregt | LinkedIn